Zomer in Santander
De zee rolt hier aan zoals elke zee.
Aan de vloedlijn de man in een rieten stoel.
Hij komt uit de tijd van zwarte maatpakken,
hemdsmouwen op het zand. Hij leest de krant.
Het katern Buitenland: de wereld, de chaos, de president,
Aan de vloedlijn de man in een rieten stoel.
Hij komt uit de tijd van zwarte maatpakken,
hemdsmouwen op het zand. Hij leest de krant.
Het katern Buitenland: de wereld, de chaos, de president,
het virus. Ze passen niet op dit strand, evenmin als de zwarte
stropdas die de man nu wat losser trekt. Het papier
ritselt, het kruiswoordraadsel, een zacht potlood lonkt.
stropdas die de man nu wat losser trekt. Het papier
ritselt, het kruiswoordraadsel, een zacht potlood lonkt.
Ik teken een vierkant rond de man, kader hem in voor later
als herinnering voor een mooiere zomer.
gepubliceerd in 'Het Gezeefde Gedicht', oktober 2020